Wilt u graag dat deze tekst voorgelezen wordt? Gebruik dan de voorleesmodule op uw smartphone. Raadpleeg hier de handleiding voor de iPhone/iPad of Android.
Tot aan de Franse revolutie was het kasteel in bezit van de grafelijke familie d’AspremontLynden. Daarna werd het tijdelijk gebruikt als veldhospitaal voor Oostenrijkse troepen en vervolgens door het Franse leger. In 1809 vaardigde Napoleon een besluit uit dat bedelaars en landlopers niet meer vrij mochten rondlopen: zo werd het Rekems kasteel de locatie voor een “Dépôt de Mendicité”, een bedelaarsgesticht.
Snel wisselende bestemmingen
Vanaf 1811 werd tegenover het kasteel een nieuw gebouw opgericht als hospitaal. In de periode 1891-1904 deden beide gebouwen dienst als weldadigheidsschool voor jongens tussen 15 en 21 jaar. In 1904 besliste het Ministerie van Justitie de “Weldadigheidsschool” van Rekem naar Ieper te verhuizen en het heropvoedingsgesticht in Rekem te vervangen door een “Maison de Refuge”, een toevluchtshuis voor mannen.
Ingrijpende verbouwingen
In de periode 1904-1920 onderging het kasteel ingrijpende verbouwingen. Het oude poortgebouw werd gesloopt en vervangen door een nieuw in neorenaissance stijl. In 1905 werd de imposante directeurswoning opgetrokken in eclectische stijl.
Een nieuwe bestemming
Door een gevoelige daling van het aantal landlopers besloot de overheid in 1920 het toevluchtshuis om te vormen tot een “Rijkskrankzinnigengesticht voor zinneloze misdadigers”. De eerste 106 patiënten, afkomstig uit het overbevolkte Krankzinnigengesticht van Doornik, werden op 24 januari 1921 opgenomen. Vanaf 1930 werd een nieuwe afdeling “Sociaal verweer” toegevoegd voor opvang van rustige, werkbekwame zwakzinnigen. De afdeling zou tot 1966 blijven bestaan. Intussen werd het kasteel constant verbouwd en aangepast aan de evoluerende behoeften. Uiteindelijk werd alsmaar duidelijker dat dit historisch monument niet meer voldeed aan de noden voor opvang van psychiatrische patiënten.
Een compleet nieuwe psychiatrische inrichting
Het bezoek van koning Boudewijn in 1960 zorgde ervoor dat alles in een stroomversnelling kwam: de overheid besloot over te gaan tot het bouwen van een nieuw Psychiatrisch Zorgcentrum op de Rekemerheide. Na het leggen van de eerste steen in 1967 werd het oude kasteeldomein geleidelijk verlaten. In 1989 was de verhuisoperatie volledig afgewerkt.
Schloss
Bis zur Französischen Revolution befand sich das Schloss im Besitz der Familie d’Aspremont-Lynden. Danach wurde es vorübergehend als Feldlazarett für österreichische Truppen und später von der französischen Armee genutzt. Im Jahr 1809 verfügte Napoleon, dass Bettler und Landstreicher nicht mehr frei herumlaufen durften: Das Schloss von Rekem wurde zum Standort eines „Dépôt de Mendicité“, eines Asyls für Bettler.
Schnell wechselnde Verwendungszwecke
Ab 1811 wurde gegenüber dem Schloss ein neues Gebäude als Krankenhaus errichtet. In den Jahren 1891-1904 dienten beide Gebäude als Wohltätigkeitsschule für Jungen/junge Männer im Alter von 15 bis 21 Jahren. Im Jahr 1904 beschloss das Justizministerium, die „Weldadigheidsschool“ von Rekem nach Ypern zu verlegen und die Umerziehungsanstalt in Rekem durch eine „Maison de Refuge“, eine Zufluchtsstätte für Männer, zu ersetzen.
Umfangreiche Umbauarbeiten
In den Jahren 1904-1920 wurde das Schloss umfassend umgebaut. Das alte Torhaus wurde abgerissen und durch einen Neubau im Neorenaissance-Stil ersetzt. 1905 wurde der imposante Wohnsitz des Direktors im eklektischen Stil errichtet.
Ein neuer Verwendungszweck
Da die Zahl der Landstreicher beträchtlich zurückging, beschloss die Regierung 1920, die Zufluchtsstätte in eine „Staatliche Irrenanstalt für zuchtlose Verbrecher“ umzuwandeln. Die ersten 106 Patienten, die aus der überfüllten Irrenanstalt von Tournai stammten, wurden am 24. Januar 1921 aufgenommen. 1930 wurde eine neue Sicherungsverwahrungsabteilung im Rahmen der „Sozialverteidigung“ für die Aufnahme ruhiger, arbeitsfähiger psychisch Kranker eingerichtet. Die Abteilung existierte bis 1966. In der Zwischenzeit wurde das Schloss ständig renoviert und an die sich verändernden Bedürfnisse angepasst. Schließlich wurde immer deutlicher, dass dieses historische Denkmal den Anforderungen an die Unterbringung von Psychiatriepatienten nicht mehr genügte.
Eine völlig neue psychiatrische Klinik
Der Besuch von König Balduin im Jahr 1960 brachte Bewegung in die Sache: Die Regierung beschloss den Bau eines neuen psychiatrischen Versorgungszentrums auf der Rekemerheide. Nach der Grundsteinlegung im Jahr 1967 wurde das alte Schlossgelände nach und nach aufgegeben. Im Jahr 1989 wurde der Umzug abgeschlossen.
Castle
Up until the French Revolution, the castle was owned by the d’Aspremont-Lynden family. Later on, it was temporarily used as a field hospital for Austrian troops, and subsequently by the French army. In 1809, Napoleon issued a decree banning beggars and vagrants from freely moving around. As a result, Rekem castle became the location for a “Dépôt de Mendicité”, a poorhouse for beggars.
Fast-changing intended purposes
From 1811 forward, a new building was erected to serve as a hospital, right across from the castle. Over the 1891-1904 time span, both buildings served as a ‘welddadigheidsschool’ (a youth detention centre) for boys aged 15 to 21. In 1904, the Ministry of Justice decided to relocate the “Weldadigheidsschool” from Rekem to Ypres and to replace the youth detention centre in Rekem by a “Maison de Refuge”, a shelter for men.
Major conversions
Over the 1904-1920 time span, the castle underwent a series of major alterations. The old gatehouse was demolished and replaced by a new gatehouse in Renaissance Revival style. In 1905, the imposing governor’s house was built in an eclectic style.
A new designated purpose
As a result of the substantial fall in the number of vagrants, in 1920, the government decided to transform the shelter into a “Rijkskrankzinnigengesticht voor zinneloze misdadigers” (State Asylum for the Criminally Insane). The first 106 patients, who came over from the overcrowded Lunatic Asylum of Doornik, were admitted on 24 January 1921. From 1930, a new “Sociaal verweer” (Internment to Protect the General Public) ward was established to put up mentally retarded persons of a quiet disposition and capable of doing a day’s work. The ward went on to exist until 1966. In the meantime, the castle was forever being refurbished and adapted to suit the evolving needs. Ultimately, it became increasingly clear that this historical monument no longer lived up to the needs and requirements for putting up psychiatric patients.
A brand new psychiatric institution
King Baldwin’s visit in 1960 greatly expedited matters: the government decided to build a new Psychiatrisch Zorgcentrum (Psychiatric Care Centre) on Rekemer Heath. After the first stone was laid in 1967, the old castle grounds were gradually abandoned. In 1989, the relocation operation was completed.
Château
Jusqu’à la Révolution française, le château était la propriété de la famille comtale d’Aspremont-Lynden. Il a ensuite été temporairement utilisé comme hôpital ambulant pour les troupes autrichiennes, puis par l’armée française. En 1809, Napoléon a promulgué un décret selon lequel les mendiants et les vagabonds ne pouvaient plus circuler librement ; le château de Rekem est ainsi devenu un dépôt de mendicité.
Changements rapides d’affectation
En 1811, la construction d’un nouveau bâtiment servant d’hôpital a débuté en face du château. Entre 1891 et 1904, les deux édifices ont servi d’école de bienfaisance pour les garçons âgés de 15 à 21 ans. En 1904, le Ministère de la Justice a décidé de déménager l’école de bienfaisance de Rekem à Ypres et de remplacer l’établissement de rééducation de Rekem par une maison de refuge pour hommes.
Profondes transformations
Entre 1904 et 1920, le château a fait l’objet d’importantes transformations. Le vieux bâtiment-porte a été démoli et remplacé par un nouveau de style néo-Renaissance. En 1905, l’imposant logement du directeur a été construit dans un style éclectique.
Une nouvelle destination
En 1920, en raison de la baisse sensible du nombre de vagabonds, les autorités ont décidé de transformer la maison de refuge en un asile psychiatrique d’État pour criminels aliénés. Les 106 premiers patients, provenant de l’asile surpeuplé de Tournai, ont été accueillis le 24 janvier 1921. En 1930, un nouveau service « Défense sociale » a été ajouté pour la prise en charge des handicapés mentaux calmes et aptes au travail. Il est resté actif jusqu’en 1966. Dans l’intervalle, le château n’a cessé d’être rénové et adapté aux besoins changeants. En fin de compte, il était de plus en plus clair que ce monument historique ne répondait plus aux besoins d’un établissement psychiatrique.
Un tout nouvel établissement psychiatrique
La visite du roi Baudouin en 1960 a accéléré les choses : les autorités ont décidé de procéder à la construction d’un nouvel établissement de soins psychiatriques sur la Rekemerheide. Après la pose de la première pierre en 1967, le vieux domaine du château a progressivement été abandonné. En 1989, l’opération de déménagement était totalement bouclée.